In De Standaard van vandaag staat een opiniestuk van Jan Vandenbussche van de studiedienst LDD over de hongerstaking als wapen om asiel af te dwingen. "De Afghaanse hongerstakers uit Evere, die niet van enige subsidiaire bescherming kunnen genieten, krijgen toch een verblijfsvergunning voor een jaar wegens 'humanitaire redenen': in dit geval gezondheidsproblemen. Ze hebben dan ook sinds 19 september niet meer gegeten. Je zou van minder verzwakt zijn.
Maar to the point, nu. Het lijdt geen twijfel dat heel wat asielzoekers zich in een uitzichtloze situatie bevinden, zonder uitzicht op een verblijfsvergunning). Hoe schrijnend die struggle for survival and papers ook kan zijn, een hongerstaking is per definitie een vorm van intense morele chantage. Inspelen op de diepste menselijke emoties, die van leven of dood. Wars van alle rede. Welke brave ziel kan weerstaan aan het beeld van jammerende uitgemergelde mensen die een vorm van 'passieve euthanasie' als laatste strohalm zien? Er zijn er wellicht weinig.
Hoeveel brave burgers vragen zich niet af wat een mens moet bezielen om boven op een kraan of een gebouw te gaan staan, dreigend te zich van het leven te beroven als ze niet geregulariseerd worden? Er zijn er wellicht veel.
Bovendien stelt de Nationale Raad van de Orde van Geneesheren dat 'als een hongerstaker vrij en uitdrukkelijk zijn verzet heeft geuit tegen elke medische interventie, artsen niet mogen optreden'. Iedereen heeft dus het absolute recht zichzelf uit te hongeren. Voor velen zal dit dan misschien hard klinken, maar af en toe moet een mens, en zeker een politicus, van zijn grote hart ook een grote steen kunnen maken. Intellectuele eerlijkheid en politieke realiteit laten geen ruimte voor enige vorm van chantage. Je kunt geen verblijfsvergunning verwerven door (te dreigen met) 'actieve of passieve euthanasie'.
In het verleden beweerde de minister van Binnenlandse Zaken, Patrick Dewael (Open VLD), herhaaldelijk dat hij weigerde met hongerstakers te praten. 'De minister heeft nooit onderhandeld en wil dit ook nu niet doen, onder druk van welke acties dan ook. Mocht hij dit wel doen, dan zou hij zich zeer onbillijk opstellen tegenover al diegenen die wel rekening houden met de regels van onze democratie.' (DS 18 april 2005). 'Hongerstaking is een onaanvaardbaar drukkingsmiddel in een democratische rechtsstaat. Noch naar de grond van de zaak, noch naar de wijze van afhandeling mag dat enig voordeel opleveren. Wij aanvaarden de chantage van een hongerstaking niet.' (DS 24 mei 2006).
Eigenaardig genoeg beweert de minister in ditzelfde artikel: 'Hongerstakende asielzoekers krijgen geen voorrang bij de behandeling van hun dossier. Maar anderzijds kunnen zware medische problemen, zoals na een hongerstaking, wel de doorslag geven bij een regularisatie.' Met andere woorden, een hongerstaking an sich is volgens de minister chantage en mag aldus geen voordelen opleveren. De gevolgen, met name gezondheidsproblemen, mogen blijkbaar wél voordelen opleveren. Vallen die gezondheidsproblemen dan niet onder 'de wijze van afhandeling', zoals de minister stelt? Is elke consequente logica van de democratische rechtsstaat dan niet zoek? Jammer genoeg valt het moeilijk te ontkennen dat het huidige asielbeleid een toevlucht tot deze extreme drukkingsmiddelen deels in de hand werkt. Maar zoals hongerstakers een absoluut recht hebben om zich uit te hongeren, hebben politici ook een absoluut recht, en vooral een absolute plicht, om hieraan niet toe te geven. Wat de gevolgen ook zijn.