Buitenlandse zorgverstrekkers die in Belgische ziekenhuizen en rust- en verzorgingshuizen werken moeten voor het bekomen van hun werkvergunning geen van de landstalen spreken.
Dat blijkt uit een antwoord van minister van Sociale Zaken en Volksgezondheid Onkelinx aan Martine De Maght, kamerlid van LDD. De partij dient nu een voorstel in om de taalvereiste verplicht te maken bij het afleveren van een werkvergunning.
Martine De Maght: "Ons land kent op dit ogenblik een groot tekort aan verplegers, waardoor ziekenhuizen vaak in het buitenland rekruteren. Voor ons is dat geen probleem, maar we vragen wel dat de patiënten nu en in de toekomst in hun eigen taal geholpen worden door die buitenlandse verplegers. Dat blijkt nu vaak in de praktijk al niet het geval te zijn."
Op dit ogenblik is het de werkgever zelf die beoordeelt of de buitenlandse zorgverstrekker de taal voldoende beheerst. LDD wil deze beslissing niet langer overlaten aan de werkgever.
De Maght: "Buitenlandse verplegers moeten een erkenningsprocedure doorlopen bij de FOD Volksgezondheid. We willen dat het spreken van de taal van de patiënt wordt opgenomen als één van de erkenningscriteria.
"Als onze ziekenhuizen en rusthuizen in de toekomst dezelfde kwalitatieve verzorging op maat willen blijven leveren is het in de eerste plaats belangrijk dat verpleger en patiënt elkaars taal spreken. Daar begint alles mee. Anders dreigt de patiënt het slachtoffer van taalmisverstanden te worden."